‘s Nachts onder een warme douche, rond half twee.
Alleen met het warme water.
Terwijl ik het vraag “Neem alsjeblieft de tranen mee.”
‘s Nachts onder een warme douche, rond half twee.
Alleen met het warme water.
Terwijl ik het vraag “Neem alsjeblieft de tranen mee.”
Waarom vraag ik me hardop af terwijl ik vecht tegen tranen.
Waarom moet ik sterk zijn?
Waarom heb ik net met een brok in mijn keel geprobeerd om Noud uit te leggen dat papa even ergens anders gaat logeren.
Geen schone snede.
Geen zogenaamde clean cut.
Eerder als een scherpe spijker die krassen achterlaat op mijn hart.
Ook al weet ik dat beter is, dat het op deze manier niet langer gaat.
Ik moet moeite doen om mijn tranen te bedwingen.
Niet zo zeer omdat de muziek zoveel met me doet, maar meer om het feit dat muziek me weer iets doet.
Of misschien wel, omdat iets me überhaupt iets doet.