Het sissende geluid van het openen van de fles frisdrank, het klagende geluid van ons koffiezetapparaat, de constante vraag naar aandacht van onze puppy maar ook het schreeuwen van Noud.
Op dit moment is alles me te veel.
Ik voel me schuldig want ik weet dat het aan mij ligt.
Ik zou zo graag willen maar ik kan er nu niets aan veranderen.
Het voelt alsof ik de hele tijd onder druk sta. Alsof de aderen kolkend van irritatie in mijn hoofd bonken.
Op deze manier ben ik niet alleen mijzelf tot last.
Vanaf morgen zal ik een tijdje niet meer thuis zijn.
Het is lang geleden dat ik zo’n dubbel gevoel had.
Aan de ene kant kan het me niet snel genoeg morgen zijn om deze druk te verlichten.
Aan de andere kant krenkt het mijn trots dat het me schijnbaar niet lukt om gewoon thuis tot rust te komen en alles weer op het rechte pad te krijgen.
Daarnaast breekt het gewoon mijn hart dat het dus af en toe voelt alsof ik Noud niet aan kan.
En misschien moet ik ook wel gewoon eerlijk tegen mezelf zijn en beseffen dat ik Noud op dit moment inderdaad niet aan kan.
Misschien moet ik sterk zijn en weten dat dit ook voor Noud het beste is.
Dat ik op deze manier beter en sneller aan mijn herstel kan werken zodat ik zo snel mogelijk weer de vader kan zijn die ik wil zijn.
Misschien wel, maar op dit moment breekt het mijn hart.
Lege dagen
lk heb geen planning, geen afspraken, geen verplichtingen.
In mijn hoofd denderen gedachten over wat ik allemaal wel kan doen, wat ik allemaal wil doen en wat ik absoluut niet wil doen.
Om het wat rustiger te krijgen heb ik besloten niet zo zeer te gaan kijken naar wat ik wil gaan doen, maar meer naar wat ik meeneem.
Wat ik meeneem bepaalt namelijk grotendeels wat ik wel of niet ga doen.
Zo dacht ik er eerst aan om mijn Playstation 4 mee te nemen.
Al snel besloot ik om het niet te doen omdat ik niet het idee heb dat ik me beter voel wanneer ik, bij wijze van spreken, een game marathon ga houden.
Af en toe een spel spelen zal me vast wat ontspanning bezorgen maar voor nu lijkt het me goed mijn focus ergens anders op te zetten.
Dus ik neem mee:
- Mijn iPhone. Maar ik laat mijn omgeving weten dat ik niet bereikbaar ben. De reden dat ik mijn iPhone toch meeneem is dan ook enkel om bereikbaar te blijven voor noodgevallen.
- Mijn MacBook. Ik kijk er naar uit om te schrijven. Het voelt als een soort therapie om mijn gedachten van me af te schrijven. Daarnaast wil ik gewoon wat stappen zetten voor het boek.
Hier moet ik mezelf behoeden voor de valkuil die de MacBook met zich mee brengt.
Alles is bereikbaar via het internet.
Netflix, Games, Websites, Social Media.
Ik zal best een keer een film of serie kijken op Netflix maar het gaat ook geen Netflix-marathon worden. - Mijn Kindle. Lezen helpt me mijn gedachten te focussen en de snelvaart er wat uit te halen. Ik denk er vooral over na om boeken te lezen die me kunnen helpen bij het schrijven van mijn eigen boek.
Al bedenk ik me nu meteen dat zo’n voornemen wel weer een soort druk op me legt – en daar ben ik absoluut niet naar op zoek.
Misschien dat ik Everything Is F*cked van Mark Manson nog uit lees of verder ga met Ogilvy on Advertising waar ik net aan begonnen ben. - Mijn Bose Quiet Comfort 35. Ik kijk er enorm naar uit om mijn koptelefoon op te doen, mijn ogen dicht en gewoon luisteren naar muziek. Tot rust komen.
- Mijn potlood en notitieboek. Het voelt al meteen als een stuk verlichting wanneer ik me bedenk dat ik straks met mijn notitieboek en potlood kan gaan zitten.
Dat ik me nergens op hoef te focussen. Dat ik gedachten moet laten komen en gaan.
Helemaal in het nu en gewoon blijf uitschrijven wat er in me opkomt.
Op het papier, uit mijn hoofd.
Los van dingen als kleding etc. zal dit het enige zijn dat ik meeneem.