Ik heb mijn ogen nog niet geopend of ik zit met mijn gedachten al bij wat ik straks moet doen.
De ene gedachte is nog niet uit mijn hoofd of het volgende staat al klaar.
Ik zou wel eens willen dat ik niet hoef, of zelfs niet kan denken.
De dag de dag laten en kijken waar het me brengt.
Ik hoef niet te schrijven.
Ik hoef niet te werken.
Ik heb geen afspraak of verplichting maar zit vol met verwachtingen.
Verwachtingen van mezelf.
Verwachtingen die onnodige druk creƫren.
Verwachtingen die er enkel maar voor zorgen dat deze periode eindeloos lijkt te zijn.