Een dag als vandaag lijkt eeuwig te duren.
Langzaam kruipt de tijd voorbij terwijl ik slaap, lig of eet.
Een dag als vandaag lijkt eeuwig te duren.
Langzaam kruipt de tijd voorbij terwijl ik slaap, lig of eet.
Ik zou het wel eens letterlijk onder ogen willen komen.
Dat je letterlijk in de ogen van je depressie zou kunnen kijken.
Maar hoe zou mijn depressie er uit zien?
Ik voel me net een junk.
Vermoeid, verslonst en verloren.
Al jaren ben ik afhankelijk van het innemen van rotzooi.
Ondertussen zijn de bijwerkingen normaal voor me geworden en zie ik niet eens meer in dat dit niet normaal is.
Het is niet dat je denkt dat het de oplossing is.
Sterker nog, je weet dat het niet de juiste keuze is.
Het is ook niet alsof het te verleidelijk is.
Alsof het moeilijk is om de verleiding te weerstaan om lekker in bed te blijven liggen.
Gisteren leek alles beter, vandaag is alles k*t.
Gisteren was het vervelend dat de spatiebalk van mijn MacBook niet altijd mee werkte.
Vandaag is het de spreekwoordelijke druppel die mijn emmer laat overlopen.
Het is woensdagochtend. Het zal rond de 25 graden zijn en ik zweet me kapot.
Ik zit aan een tafel in een lokaal dat me doet denken aan de handvaardigheid lessen die ik op de middelbare school had.
Ik moet moeite doen om mijn tranen te bedwingen.
Niet zo zeer omdat de muziek zoveel met me doet, maar meer om het feit dat muziek me weer iets doet.
Of misschien wel, omdat iets me überhaupt iets doet.
Het is niet zo dat het gevecht niet zichtbaar is.
“Ik zie het in je ogen” vertel je me.
Je ziet dat ik aan het vechten ben. Dat ik kapot ben van de strijd.
Het is ondertussen alweer zo’n drie maanden geleden dat ik besloot om de dosering van mijn medicatie te verlagen.
Het ging goed. Ik voelde me stabiel en was van plan om me meer op mijn lichamelijke gezondheid te gaan focussen.